Isabela is het grootste eiland van de archipel. Het ontstond uit het samenvloeien van verschillende vulkanen, die overigens nog steeds actief zijn. Er zijn een tiental bezoekerssites. De meeste hiervan liggen aan de westkust. Ze worden vooral door de grotere cruiseschepen aangedaan. Dat komt door de grote afstanden en door de vaak ruige zee?n aan de westkust van Isabela Island. Kleinere boten komen zelden aan de westkust van Isabela. Puerto Villamil (3000 inwoners) is de grootste plaats op Isabela en heeft enkele hotels en een klein vliegveld. Hier kan je een boot huren. Dat is nodig als je de andere kant van het eiland wil bereiken. Er is geen weg over land.

Laguna Villamil
Bij Puerto Villamil liggen mooie stranden. Op 20 minuten wandelen ligt de Laguna Villamil, een favoriete plek voor vogelliefhebbers, waar je roze flamingo’s en zowat 20 andere soorten waadvogels kan vinden.

De Sierra Negra vulkaan
Als je van klimmen houdt kan je vanuit Puerto Villamil de klim van deze 1490 meter hoge vulkaan aanvatten. Je vindt er landvogels zoals de Galapagoshavik en de velduil. Ook zie je er de felrode vliegenvanger. Het uitzicht van op de spectaculaire krater met een diameter van ongeveer tien kilometer is bij helder weer geweldig. Vlakbij ligt de Volcan Chico: met zijn gekleurde vulkanische rotsen oogt hij als een maanlandschap. De zwaveldampen stijgen op uit kraters en lavatunnels.

De Muro de Lagrimas (Wall of Tears)
Deze site ligt op 2,5 uur wandelen ten westen van Puerto Villamil. Deze 200 meter lange muur van 8 meter hoog is door gevangenen gebouwd.

Vulkaan Alcedo
Langs de klim naar de vulkaan Alcedo tref je de grootste populatie wilde reuzenschildpaden van Galapagos. De meeste van de mooie foto’s van reuzenschildpadden die je zag, zijn hier genomen. Het landschap met zijn stomende zwaveldampen, de krater met een doorsnee van zeven kilometer, de lavastromen en de vele vogelsoorten maken de klim de moeite waard.

Urbina Bay
Deze baai ligt aan de voet van de vulkaan Alcedo. In 1954 duwden de vulkanische krachten hier vlak bij de kust een koraalrif omhoog. Je vindt er de lopende aalscholver, zeeleguanen en pelikanen.

Punta Morena
Langs de noordkust van het eiland vindt je Punta Morena. Er loopt een pad van 2,1 km, dat langs gestolde zwarte lavavelden naar een aantal strandmeren loopt. Meestal zie je er pinguins en een groot aantal strandvogels (soms ook flamingo’s). Je hebt er een mooi zicht op drie actieve vulkanen.

Punta Albermarle
Helemaal in het noorden ligt Punta Albermarle (de oude naam van Isla Isabela). De Amerikanen hadden hier een radarbasis tijdens de tweede wereldoorlog.
Hier is de lopende aalscholver te bekijken. Er is een mangrovegebied tussen de lavarotsen. Het is een ideaal gebied om in een kleine panga te verkennen.
De zeeleguanen van Punta Albermarle behoren tot de grootste van Galapagos.

Tagus Cove (Caleta Tagus)
Dit is een inham aan de oostkant van het eiland, waar walvisvaarders en piraten aanmeerden. Er loopt een paadje (1800 mt) omhoog naar een kleine krater waarin een zoutmeer ligt. Het pad leidt naar de top van waar je de andere kant van het eiland ziet. Bij helder weer heb je er een indrukwekkend zicht op Wolf, Darwin, Alcedo, Sierra Negra en Cerro Azul. Een pagantochtje langs de kust is hier ook aan te raden. In het zeekanaal tussen Isabela en Fernandina vindt je vaak walvissen. Vaak vaar je er tussen scholen dolfijnen en de spuitfonteinen van de walvissen komen vaak tot vlakbij het schip.